‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op onze weblog die afwisselend door enkele mensen uit onze parochie wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op gebeurtenissen in ons eigen dorp of ‘de grote wereld’. De ene keer puntig en uitdagend, dan weer met een grote knipoog.
Lotgenoten
Lotgenoten zijn eerder en sterker met elkaar begaan als niet-lotgenoten. Nee, dit is niet het resultaat van gedegen wetenschappelijk onderzoek, maar mijn gevoel zegt dat het zo is.
Een paar voorbeelden.
Iemand die zijn of haar partner verloren heeft, zal – bij het condoleren van iemand anders die dit net overkomen is – vaak iets toevoegen in de geest van: “Ik weet wat dit betekent voor jou.”
Mensen die elkaar verder niet kennen en beiden blijken te kampen met een ernstig hartprobleem, kunnen daarover in de wachtkamer van de specialist indringend in gesprek raken.
Twee personen, die van elkaar weten, dat ze beiden in behandeling zijn vanwege kanker, zullen – als ze elkaar op straat tegenkomen – negen van de tien keer vragen, hoe het gaat. Niet uit een soort beleefdheid, maar uit eerlijke bezorgdheid en belangstelling voor elkaars situatie.
Zelfs als je de ander helemaal niet kent, kan diens verhaal je erg raken, omdat je uit eigen ervaring weet, waar die ander het over heeft.
Ook hiervan een persoonlijk voorbeeld. Een paar weken geleden stond in de krant een verhaal over de Belfeldse Karin Verlaek. De nu 57 jarige Karin had zo’n 25 jaar geleden helse pijn gekregen in haar rechterbeen. Uiteindelijk werd de diagnose post- traumatische dystrofie gesteld. Ze belandt in een rolstoel en als ze het advies van de artsen had opgevolgd ging ze intussen zonder benen door het leven. Uiteindelijk komt ze in contact met iemand, die haar gaat behandelen volgens een methode die in Macedonië ontwikkeld is. En zie: met ijzeren discipline en veel doorzettingsvermogen gaat de Belfeldse nu – na zoveel jaren – weer lopend door het leven. Het verhaal raakte me enorm. Ook ik kreeg zo’n 15 jaar geleden te maken met post-traumatische dystrofie. Ook bij mij speelde even dat, de artsen mogelijk tot amputatie van de arm zouden moeten overgaan. Gelukkig kon de arm behouden blijven, al verloor ik door de ziekte wel mijn baan. En ook dat laatste heeft natuurlijk een stevige impact. Als ik dan echter het verhaal van Karin lees, besef ik, dat ik toen nog heel goed ben weggekomen!
Lotgenoten… maar de een treft het noodlot toch nog veel sterker dan de ander. En uiteindelijk biedt het leven ook voor Karin weer perspectief. Ook zij kan weer genieten van die hele kleine dagelijkse dingen, die we allemaal zo vanzelfsprekend vinden. En wat zou het fijn zijn, als anderen moed kunnen putten uit haar verhaal!
Mat