week 09-2023: (door Mat)
‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op de zaterdag, die afwisselend wordt ingevuld door kapelaan Roger en Mat. Ze geven zo hun eigen kijk op persoonlijke ervaringen en gebeurtenissen in ons dorp, binnen de kerk of in ‘de grote wereld’. De ene keer ernstig, dan puntig en uitdagend en een volgende keer met een grote knipoog.
GROOT COMPLIMENT
De vrijheid van meningsuiting is het fundament onder onze democratische samenleving. Als volger van het dagelijkse nieuws valt me echter op, dat we op dit punt aardig aan het doorslaan zijn. ‘Alles en iedereen’ is steeds meer – vaak zonder ook maar enige onderbouwing – aan kritiek onderhevig. En dat vaak in bewoordingen waar ‘de honden geen brood van lusten’.
Wordt er dan eens een compliment uitgedeeld, dan wekt dit bij diezelfde mensen gelijk achterdocht en … kritiek. Die neem ik dan maar op de koop toe, als ik hier op deze plek alle betrokkenen bij de Méélse Vastelaovesmis een heel groot compliment ga maken.
Met de komst van kapelaan Roger ondergingen opzet en inhoud van deze Dienst een groot aantal veranderingen. Ik kon destijds aardig ‘in de keuken kijken’ en weet dus, waar ik over praat. De Vastelaovesmis moest een voorbeeld van ‘verbinding’ worden tussen parochie (kéérek) en de Méélse gemeenschap. Voor een groot deel van de Dienst werd ’t Mééls de ‘voertaal’. De teksten voor de Diensten werden vanaf dat moment geschreven door ‘Méélse mensen. Mensen, die zich betrokken voelen bij de kéérek én de Vastelaovend. Ook ik heb dit enkele jaren met veel plezier mogen doen. Nagenoeg al deze teksten – behoudens natuurlijk Consecratie en Communiegebed – werden vanaf dat moment uitgesproken door ‘Vastelaovesgrootheden: prinsen, vorsten en leden van de Raad van Elf. Niet alleen, die van de Kieveloeët, maar ook de Véngneuze en Késjeute kregen hierin een volwaardige plek. Kapelaan Roger leverde zelfs zijn ‘preek’ in. De preek werd vanaf dat moment vervangen door een ‘samenspraak’ van de Méélse prinsen. En op ’t muzikale repertoire voor aanvang van de Dienst kwamen Méélse Vastelaovesnummers te staan. Ook organisatorisch is stevig doorgepakt. Zo is de wat ‘rommelige’ binnenkomst nu een prachtige ‘intrede’ geworden, passend bij ‘vorsten en prinsen’. Voor mij telkenjare weer ’t eerste ‘kippenvelmoment’ van een schitterende Dienst. En kapelaan Roger wijst er in zijn welkomstwoord elk jaar terecht op, dat de ereplaatsen zijn toebedeeld aan de jongens en meisjes van de Kèjsjeute. vóór op ’t priesterkoor, waar ook onze Heimatkapel haar vaste plek heeft. En al jaren staat er op dat priesterkoor in deze Dienst ook het ‘verlichte appelkistje’ klaar, waarop de jongsten hun tekstbijdragen aan de Dienst uitspreken. Dit om – zoals een prins van de Kéjsjeut ooit zei – op dezelfde ooghoogte te kunnen spreken als de prins van de Kieveloeët. Over tekstbijdragen gesproken. Iedereen die teksten uit moet spreken in de Vastelaovesmis, oefent hierop niet alleen in zijn eentje thuis, maar er wordt intussen ook een heuse ‘Generale Repetitie’ gehouden, enkele uren voorafgaand aan de Dienst. En je ziet nu vooral die prinsen,prinsessen, vorsten en vorstinnen van Kéjsjeut en Véngneuze heel onbevangen achter de microfoon staan. Klasse!
Dank zij al deze aanpassingen en verfijningen is de Vastelaovesmis uitgegroeid tot een waar pareltje aan de toch al fraaie Méélse ‘Vastelaovesketting’.
Velen hebben hieraan in de loop der jaren hun bijdrage geleverd. Het was echter niet mogelijk geweest zonder de ruimte, die kapelaan Roger vanaf het eerste moment aan deze vernieuwing heeft gegeven. Sterker: hij levert er telkenjare een enthousiaste bijdrage aan. Heel terecht dat voorzitter Rudy Gommans van de Kieveloeët hem hiervoor aan het einde van de Dienst – in het elfde jaar waarin hij bij ons is – een hoge Carnavalsonderscheiding uitreikte. Ik wil daar met deze column graag een groot compliment aan toevoegen. Een compliment richting alle mensen, die ook dit jaar weer bij ‘de organisatie en uitvoering’ van de Méélse Vastelaovesmis betrokken waren. Chapeau !
Mat
Els Gielens
Het was een hele mooie vastelaovesmis. Inderdaad een groot compliment waard!