‘Sóndese koost’

Sóndese koost van zondag 3 september 2023

Jarenlang brachten we nao de Hòmmis – vanuit ’t café – ’t Méélse wel en wee bij u binnen. Toen ’t café in coronatijd vaak gesloten was, ontdekten we ook andere bezigheden op die zondagmorgen. Lekker wandelen door ’t dorp of fietsen ‘dur de Pieël of langs ’t Deurzes knaal’. En nu de horeca weer open is, maken we graag weer een stop bij ’n café of terras. En de verhalen die we onderweg oppikken, vertellen we graag aan u door in onze nieuwe rubriek ‘Sóndese koost’! 

Marjo: Goedemorgen!

Willemien: Nou, laat dat goede er maar van af.

Marjo: Wat is er aan de hand?

Willemien: Ik heb hoofdpijn.

Marjo: Wat is dat dan?

Willemien: Ik heb “um geester goe gerakt.”

Marjo: Ben je aan het oefenen voor het vriendentreffen van De Gruu:n?

Willemien: Het voelt wel of ik een kogel tegen mijn hoofd heb gekregen. Maar dat is niet het geval.

Ik ben gisteravond nog eens ”goe óppe lappe geweest.”

Marjo: Tja, dan kom je nu van een koude kermis thuis.

Willemien:Zeg dat wel maar ik heb het er voor over want het was erg gezellig.

Marjo: Ik hoor het aan je stem, die heeft veel geleden.

Willemien: Ja ik heb veel met de muziek mee gezongen, het was “goejje” muziek.

Marjo: Je hebt ook kleine ogen. Je hebt meer gedaan dan gezongen.

Willemien: Klopt, ik ben een groot lindeboom bos tegen ben gekomen.Toen ik thuis kwam had ik geen dorst meer.

Marjo: En nu?

Willemien: Uh, eigenlijk wel. Nadorst noemt men dat. Maar dat kan ook van het eten komen dat ik na het stappen heb gehad.

Marjo: Nog een vette oliebol gegeten?

Willemien: Nee, een heerlijke gebakken vis, die nog zwom in het papier.

Marjo: Hij leefde toch niet meer hoop ik?

Willemien: Gelukkig niet, maar de vis was zo vet dat hij glibberde in het papier waar hij op lag.

Marjo: Vind het knap dat jij dat allemaal kunt verdragen. Dat is aan mij niet besteed.

Willemien: Och, soms moet je eens uit de band springen.

Marjo: Dat vind jij, ieder “ zinne meuch” zeg ik dan maar.

Willemien: Dat bedoel ik.

Marjo: En trouwens, ik moet vanmiddag fit zijn want ik krijg de “ kaawe” kant op de koffie.

Willemien: Gezellig! Heb je wat speciaals voor hen in petto?

Marjo: Ik vind van wel.

Willemien: Wat heb je allemaal bedacht deze keer?

Marjo: Ik heb Kermisvlaai, “kaaw sjòttel, gevulde éjer” en broodje gemak in huis.

Willemien: Klinkt goed. Zelf gemaakt?

Marjo: Je kent mij toch. Ik heb de Meijelse ondernemers gesponsord.

Willemien: Prima en gemak dient de mens.

Marjo: Dat bedoel ik.

Willemien: Als je wat over hebt, houd ik mij aanbevolen.

Marjo: Ik ben bang dat je van een koude kermis thuis komt.

Willemien: Ken je de uitdrukking niet; een goede buur is beter dan een verre vriend?

Marjo: Nooit van gehoord. Trouwens, ik ben vanmorgen om 4.00 uur uit bed gebeld.

Willemien: Riep je niet: “aachtereu:m is kermis?”

Marjo: Dat had geen effect, die 2 jongens van ons stonden aan de voordeur. Zonder sleutel van de achterdeur.

Willemien: En wedden dat ze dadelijk zeggen, dat ze hem toch bij zich hadden.

Marjo: Dat heeft alle kans, ik ga eens kijken of ze al boven water zijn.

Willemien: Gezellige kermiszondag nog!

loader