Nao de Hòmmis

Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.

Nao de Hòmmis van zondag 12 januari

Ben: Toch wel fijn om na al die feestdagen, weer in het normale ritme terecht te komen.
Wiel: Klopt Ben. Ik geniet elk jaar weer van Sinterklos, Kerstmis, jaarwisseling en Nieuwjaar, maar ben ook weer blij als alle weer ‘op ’t oude is’. Zal ook wel met de leeftijd te maken hebben.
Jo: Zoals veel met de leeftijd te maken heeft. Het is of bij alles wat je doet, ook matigheid hoort. Zo geniet ik nog steeds van een borrel, maar met de hoeveelheid ben ik zeer matig geworden en ik denk dat dit voor iedereen van ons geldt.
Leo: Mijn zwager zegt daarover altijd:  “Vroeger had ik ‘óngerakkesen doorst’ en geen geld en nu héb ik geld, maar geen dorst meer”.
Jo: Wat me dit jaar op Nieuwjaarsdag na ’t Peelneutje in de kerk wel opviel, was dat ons dorp uitgestorven leek. Blijkbaar moest iedereen bijkomen van een zware nacht. Dat was in de jaren 60; 70 en 80 toch totaal anders.
Ben: Inderdaad Jo. De verenigingsbesturen waren die dag vaak van ’s morgens tot ’s avonds in touw. Ik weet dat we met het NKV bestuur begonnen bij kaplaon, dan pestoeër en ’t geméntjehusj. En bijna al de mensen die je onderweg op die plaatsen ontmoet had, trof je naderhand bij ’t Oranjehotel, waar ’t voor de meesten tot in de avond doorging.
Wiel: En daarmee was dat goeie voornemen om op Nieuwjaarsdag op tijd thuis te zijn, al in de eerste uren gesneuveld.
Jo: Ik herinner me als niet-roker nog als de dag van gisteren de sigarendamp die op die dag bij pestoeër Grubben in de kamer hing. Grubben had de gewoonte om naast een borrel iedereen ook een goeie sigaar te presenteren. Het zag daar werkelijk blauw van de rook.

===============================================

Jan: Zo, Pascal Stappers heeft afgelopen zondag in een uitpuilend Oranje Hotel, zijn rentree gemaakt binnen de Kieveloët. De ‘prinsemuts’ past hem prima.
Wim: En met al zijn vastelaoveservaring kent hij natuurlijk het klappen van de zweep.
Niek: En gisteravond heeft hij in een bomvolle ‘Binger’ de beste Vastelaoveszangers van ‘Peel en Maas’ mogen ontvangen. Na het prima geslaagde Prinsenbal natuurlijk een mooie start voor Pascal.
Jan: Dat P&M Liedjesfestival heeft intussen zijn vaste plek wel veroverd op de Vastelaoveskalender in onze gemeente. En het was dit jaar alweer de derde keer dat ’t festival Méél aandeed.
Ton: De titel was ook wel aardig gevonden: “Pieëlgeluk euver de breug”.Ik hoop dat de vele bezoekers uit de nòbber-dèùrepe, dat ook zo ervaren hebben.
Wim: Misschien voor deze en gene al reden geweest om zich te melden als OLS-vrijwilliger. Die wachten dan de informatieavond op 20 januari al niet meer af. De stuurgroep hoopt die avond een groot aantal vertegenwoordigers van alle mogelijke verenigingen uit Peel en Maas te mogen begroeten.
Ton: Zouden die mèn van Nao de Hommis zich ook melden voor een of andere klus op 5 juli. Zou hun netjes staan.
Wim: Wat moet je bij zo’n organisatie nou beginnen met van die mèn die twee linkse handen hebben. Die kun je nog niet gebruiken als bordjesdrager voor een schutterij. Het risico is veel te groot dat ze in de optocht tegen de stroom in gaan lopen.
Jan: Misschien kunnen ze wel ingezet als roeptoeters op die dag, al kan OLS president Ger Koopmans daar zelf natuurlijk ook het nodige van.
Niek: Voor dat roeptoeteren hebben ze in het Nééj Mééls Woordeboe:k weer een mooi awd Mééls woord nieuw leven ingeblazen: ‘derutjflatse’. En ‘wa derutjflatse’ kennen die van ‘Nao de Hòmmis’ als de beste. Daar kun je ze voor laten lopen!
Ton: Pas maar op, wat jullie zeggen jongens. Bij de eerstvolgende kans flatsen die mèn jullie terug.

===============================================

Piet: Omroep P&M heeft de gemeentelijke pluim in ontvangst mogen nemen voor hun verbindende werk binnen de gemeente.
Jeu: Terecht denk ik. Ook ons dorp komt bij P&M goed aan haar trekken.
Giel: Maar jongens, eerlijk is eerlijk. In ons dorp gebeurt ook het nodige dat de moeite waard is, of niet soms.
Piet: Dat mag dan wel kloppen, maar ik hoor ook van nogal wat dorpsgenoten, dat ze weinig luisteren en kijken naar die eigen omroep. Best jammer als je het mij vraagt.
Giel: Maar je hoort wél van mensen die de eigen omroep eenmaal ontdekt hebben, dat ze blijven luisteren en kijken.

Aan de tapkast

Lins: Die mèn van de parochieweblog bedenken ook steeds weer iets nieuws.
Leon: Wat is je nu weer opgevallen Lins?
Lins: Op woensdag hebben ze die rubriek met die torenhaan erop ”Hoch van de torre blaoze”. Daarboven stond dan de wat vreemde titel “De oneliner van de week”.
Dat hebben ze nu veranderd in: ‘Derutjflatse’. De eerste keer struikelde ik bijna over ’t woord!
Leon: Wilde je soms derutnèèje?
Lins: Derut, wah?
Leon: Als je er zomaar van alles utjflatst – eruitflapt in ’t Nederlands – kan een ander zich daar best eens boos over maken. Zo erg zelfs dat je ervandoor moet gaan. En in ’t Mééls is dat dan derutjnèèje !
Lins: Nou begrijp ik het: Derutj moete nèèje omdat je er weer wat utjgeflatst hèd. Maar dan moeten die van Nao de Hòmmis ook maar uitkijken, dat hun dat niet eens staat te gebeuren!

 

loader