Sóndese koost van zondag 6 april 2025
Ook in ons dorp krijgt de zondagmorgen al geruime tijd een heel andere invulling dan vroeger. Stonden de vrouwen destijds de hele morgen aan het fornuis om – als manlief uit de Hòmmis/café kwam – ‘Sóndese koost’ op tafel te brengen, hoe anders is dat tegenwoordig. De vrouwen gaan nu op de zondagmorgen met vriendinnen lekker wandelen, al mogen – bij uitzondering – ook wel eens de mannen mee. En als regel wordt die wandeling afgesloten met een lekkere kop koffie of een drankje in een van de Méélse horecagelegenheden. Over alle zin en onzin die ter sprake komt, leest u wekelijks in onze rubriek ‘Sóndese koost’.
’t Een of ander
Linda: Ik vind jou wel een hondentype.
Monique: Ik? Ik moet geen beestjes.
Linda: Katten?
Monique: Nee, die al helemaal niet.
Linda: En als je zou moeten kiezen?
Monique: Waarom zou ik dat moeten? Oké, hypothetisch, zou ik een hondenmens zijn.
Linda: Zie je wel. Frikandel of kroket?
Peter: Nee, levend! Haha.
Monique: Daar is het nog wat vroeg voor, niet? Nou ja, maar als je aandringt. Frikandel. Is het trouwens frikandel of frikadel?
Linda: Dat mag allebei.
Monique: En als je zou moeten kiezen? Nee hoor, grapje.
Peter: Blond of bruin?
Frank: Linda is blond.
Peter: Ja, dat zie ik, maar dat vroeg ik niet. Blond of bruin?
Frank: Blond.
Peter: Ik dacht dat je meer een wijnman, dan een bierman was.
Frank: Ik volg je niet.
Peter: Blond of bruin bier?
Frank: Oh, ik dacht dat het over haren ging.
Monique: Lekker belangrijk, hoe iemand eruit ziet.
Linda: Die Meijelse heeft het geschopt tot de finale van Miss beauty of Limburg. Dat gaat echt niet alleen over uiterlijk.
Monique: Die dochter van Hanneke en Patrick Neessen, knap hè, wat ze presteert! Oeh jee, zullen we hier rechtsaf gaan, daarachter staat zo’n keffertje te waken.
Linda: Ik dacht dat jij een hondenmens was.
Monique: Niet, als die dadelijk 4 tanden in mijn enkels vastzet. Prima hoor, een waakhond op je erf achteraf, maar leer dat beest tot aan de straat te waken en niet erop. Laatst heb ik het op een rennen gezet.
Peter: Jij? Dat had ik willen zien.
Monique: En bedankt. Hé Linda, jij hebt toch met de Venloop meegedaan? Rennen of wandelen?
Linda: Daar heb ik gerend, maar ik ben meer een wandelaar. Ik weet er nóg een. Wandelen of fietsen?
Peter: Waar gaan we naartoe? De nieuwe ijssalon van het ijshofje in Deurne.
Frank: Ik start de auto wel.
Linda: Hé Peter, chocola of vanille?
Peter: Als het maar veel is en mét slagroom!
Linda: Links of rechts?
Frank: Oh politiek, nu gaat het tenminste ergens over.
Linda: Uh nee, Peter. Links naar de crossbaan of rechts naar de Steenoven?
Monique: Links. Voor of tegen de motorcross?
Peter: Voor! Maar dat duurt nog effe. Dat is pas in het najaar. Hé, dit najaar is er toch ook weer oogstdankfeest?! Ik hoor dat het de laatste is, voor de huidige organisatie.
Linda: En wie neemt het stokje dan over?
Frank: Jij?
Linda: Nee, qua bloemschikken en zo heb ik twee linkerhanden. Misschien is het wel wat voor jou, Monique. Jij weet wel wat van oogst.
Monique: Ja. Ermee koken en taarten bakken, ja. Ik weet er nog eentje: koffie of thee?
Peter: Appeltaart!