‘Vanuit de zijbeuk’

week 04-2022: Jezus laat zich niet voor het karretje spannen….(door Mat)

‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op de zaterdag, die afwisselend wordt ingevuld door kapelaan Roger en Mat. Ze geven zo hun eigen kijk op persoonlijke ervaringen en gebeurtenissen in ons dorp, binnen de kerk of in ‘de grote wereld’. De ene keer ernstig, dan puntig en uitdagend en een volgende keer met een grote knipoog.

************************************************************

Sporthelden zijn bij vriend en vijand vaak even bekend onder hun bijnaam, dan onder hun echte naam. De ‘vriend’ om hem te bejubelen, ‘de vijand’ om hem de grond in te boren. Vaker dankt die ‘held’ zijn naam ook puur en alleen aan zijn uiterlijk. Denk bijvoorbeeld aan Willem van Hanegem, tijdens en na zijn loopbaan bij iedereen bekend als ‘de Kromme’. Soms zijn het ook echte koosnaampjes. Zo werd de Fransman Raymond Poulidor – de opa van Mathieu van der Poel – in de wielerwereld vaker aangeduid als ‘Poupou’ dan onder zijn eigenlijke naam.DeSpanjaard Frederico Bahamontes stond in diezelfde jaren bekend als ‘de adelaar’ van Toledo . Frederico zwoegde niet tegen de berg omhoog; hij zweefde naar boven. Soms willen supporters iemand met zijn bijnaam boven alles en iedereen verheffen. Denk dan bijvoorbeeld aan bokser Mohamad Ali – ‘The Graetest’, de grootste. Of die grote Duitse voetballer Franz Beckenbauer – ‘der Kaiser’, de keizer. Het ontbrak er nog maar aan, dat hij werkelijk als zodanig gekroond werd.

In het laatste rijtje past zeker ook onze eigen legendarische voetbaltrainer Rinus Michels, ‘de generaal!’ Zijn uitspraak ‘Voetbal is oorlog’ was al even legendarisch. Rinus heeft vervolgens – te pas en te onpas – duidelijk moeten maken dat deze uitspraak natuurlijk niet letterlijk bedoeld was, maar blijkbaar was het toen al te laat. Zowel op het veld als langs de lijn is de uitspraak wél heel letterlijk genomen. Spelers trappen elkaar het veld af en gaan met elkaar op de vuist. Dit is overigens vaak maar ‘kinderspel’ bij ‘de oorlog’, die door supporters in en rond het stadion wordt gevoerd. Deze lieden breken door afrasteringen heen en gaan elkaar met grof geweld te lijf. Spelersbussen worden vernield en er wordt met vuurwerkbommen gegooid. Om maar een paar voorbeelden te noemen.

Een veel subtieler oorlogswapen drong onlangs de tennissport binnen. Weliswaar aan de andere kant van de wereld – in Australië – maar het kan zich zomaar razendsnel verspreiden. De Australische autoriteiten weigerden de Sloveense wereldster Novak Djokovic voor een belangrijk toernooi de toegang tot het land, omdat zijn ‘inreispapieren’ niet op orde waren. Deze trokken extra de aandacht, omdat van deze Novak bekend was, dat hij zich niet wenste te laten vaccineren tegen corona. En als er één land streng genoemd kan worden als het om corona gaat, is het wel Australië.

En die strengheid wordt in acht genomen voor zowel de eigen bevolking, als bezoekers. Ook de tussenkomst – tot tweemaal toe – van rechters bracht hierin geen verandering. “Met ondeugdelijke papieren, kom je ons land niet in, zelfs niet als je Novak Djokovic heet. Ook het wel heel bijzondere wapen dat Djokovic senior nog in de strijd wierp, mocht niet baten. Deze voerde zijn zoon ten tonele als de vrijheidsstrijder, die namens de hele wereldbevolking (!) opkomt voor de vrijheid van meningsuiting. Dat is wel even iets anders dan spreken namens zijn zoon of zelfs dhet hele Sloveense volk. Zijn zwaarste wapen moest toen echter nog komen. “Ze proberen mijn zoon op dezelfde manier te kruisigen dan Jezus. Jezus heeft het doorstaan, hij leeft nog steeds onder ons.” Helaas voor de Djokovics, schoot Jezus niet te hulp. ‘Maar goed ook’, denk ik dan, ‘er zijn in deze wereld belangrijkere zaken aan de orde, die een handje hulp van Jezus goed zouden kunnen gebruiken’.

Mat

loader