week 30-2021: Land’s wijs… (door Roger)
‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op de zaterdag, die afwisselend door enkele mensen – betrokken bij onze parochie – wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op persoonlijke ervaringen en gebeurtenissen in eigen dorp, binnen de kerk of in ‘de grote wereld’. De ene keer ernstig, dan puntig en uitdagend en een volgende keer met een grote knipoog.
De wereld wordt steeds kleiner. Mijn oma en opa leerden voor het eerst nasi, macaroni en bami kennen. Laat staan alle andere ‘fancy’ wereldgerechten die wij tegenwoordig op tafel zetten. Zij waren meer van de stamppot. Aardappelen, groente en een lapje vlees. Karbonade, speklappen, dat soort werk. Niet, de “carbonara”. Met Kerst: rollade. Of bij de andere kant van de familie haas en konijn. Die werd toen wat minder chique –vaak zelf gevangen of gestroopt- als goedkoper gezien. (Lang dacht ik trouwens als kind, dat ze het bij die stroop dan hadden over de appel-stroop die bij het gerecht werd gebruikt – in plaats van het bedoelde illegaal jagen).
Ook de huiskamers waren degelijk ingericht. Stevige loodzware meubels, die een huwelijksleven lang mee konden. En schilderijen, met stillevens. Delftsblauwe vazen op de kast, of borden aan de muur (dat kon ik als kind aanvankelijk ook niet precies snappen).
Een grote ‘sanseveria’ als siering op de vensterbank. Saai ogend alles misschien, maar tegelijkertijd wel duidelijk, overzichtelijk en oer-degelijk.
Tegenwoordig, is dit niet meer genoeg. Exotische planten in huis. Meubels gaan geen generatielang meer mee. Behalve de spullen, die een speciaal aandachtshoekje krijgen.
Van over de hele wereld, halen we de voorwerpen en gebruiksvoorwerpen. Hele containerschepen vol. Om ook, van andere culturen te leren en te lenen. Een ‘mix’ van stijlen.
Toch schuilt er ook wel een gevaar in het klakkeloos in huis halen van spullen, die je niet kent.
Zo las ik een verhaal, dat het ‘Amazon’ pakketbezorgbedrijf een “traditionele Chinese fruitmand” aanbood in haar webwinkel. ‘Een gebruiksartikel uit de jaren ’60, leuk om als tafeldecoratie te gebruiken’.
Veel mensen vonden het een aardig item. En aangezien Amazon ook niet de hoofdprijs vraagt voor haar artikelen, ging het redelijk goed ‘over de toonbank’.
Op een gegeven moment, werd het echter ook opgemerkt door Chinese web-surfers. Tenslotte wordt ook daar veel op internet besteld.
Het begon, te zoemen. Er werden persoonlijke berichten geplaatst.
“Let op. Dit is eigenlijk bij ons een draagbaar potje. Meestal gebruikt voor de kleine kinderen”.
“Het geeft niet als je het koopt. Maar weet, wat bij ons de achtergrond is”.
“Dit artikel wordt ook gebruikt, als kwispedoor”.
“Beter niet gebruiken, in combinatie met etenswaren”.
Ook het prijsverschil kwam ter sprake. Het bleek dat Amazon toch wel een veelvoud vroeg van wat de prijs in China zelf is. Waarschijnlijk, vanwege het verschil tussen: eenvoudig gebruiksvoorwerp en exotische decoratie.
Inmiddels is het artikel ook niet meer te bestellen.
Wat ik me dan afvraag: is dat iemand met veel humor geweest, die het (bewust) heeft aangeboden?
Ach, en het aanschaffen van een pispotje is nog niet zo heel erg.
Maar kijk wel even uit, bij het laten zetten van een tatoeage. Chinese tekens, blijken heel populair.
Laat ze voor de zekerheid even nachecken. Voordat –met dezelfde humor- bijvoorbeeld iets als ‘babi pangang, met ketjapsaus’ op de bovenarm staat…
Roger