‘Vanuit de zijbeuk’

week 27-2021: Meer bonheur dan malheur  (door Mat)

‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op de zaterdag, die afwisselend door enkele mensen – betrokken bij onze parochie – wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op persoonlijke ervaringen en gebeurtenissen in eigen dorp, binnen de kerk of in ‘de grote wereld’. De ene keer ernstig, dan puntig en uitdagend en een volgende keer met een grote knipoog.

Ik had sterk de indruk, dat hij  een grijns nauwelijks kon onderdrukken. Die ‘hij’ was in dit geval de Vlaamse nieuwslezer, die zondagavond 27 juni het journaal van 20 uur opende met het malheur, dat ‘de noorderburen’ zonet getroffen had: uitschakeling in de EK-kwalificatie! Alle narigheid, die achter het woord ‘malheur’ schuil gaat, leek hij het liefst heel precies te willen duiden. Van Dale meldt voor malheur o.a. pech, ellende, kommer, onheil en ramp. Het zout moest diep in de Nederlandse wond doordringen. Die grijns op z’n gezicht zal in het laatste journaal van die avond beslist van oor tot oor gereikt hebben! Hij zal daar – zo trots als een pauw – boeren, burgers, buitenlui, maar vooral ook de noorderburen –  hebben laten weten, dat de Belgen even daarvoor favoriet Portugal uit het toernooi hadden gekegeld.
Andere Nederlandse sporters hadden me op deze gedenkwaardige dag echter voldoende zoets aangereikt, dat dit Belgische zout me nauwelijks kon deren, laat staan me ‘op de kast krijgen’. Had ik die middag bij de formule 1 race op het Red Bull circuit in Oostenrijk onze Max Verstappen niet met bijna speels gemak wereldkampioen Lewis Hamilton naar het tweede plan zien verwijzen? Het is een tak van sport waar een Belg nog nooit een potje heeft kunnen breken. Hun beste man ooit was ene Stoffel van Doorne. Hij bewoog zich – met enige overdrijving – net zo traag voort op de racecircuits als zijn naamgenoot Stoffel de Schildpad in het Grote Dierenbos! Krap een uur na de zegetocht van Max reed Mathieu van der Poel iedereen zoek in mijn favoriete sport het wielrennen. Hij koerste in grootse stijl op de Mûr-de-Bretagne  naar de ritzege in de tweede Touretappe. En alsof dit nog niet genoeg was, wist hij ‘en passant’ ook nog eens het gele leiderstricot te veroveren. Juist dat gele tricot wilde Mathieu o zo graag om zijn schouders voelen om het op te dragen aan opa ‘Poupou’, Raymond Poulidor. Opa eindigde in zijn carrière maar liefst achtmaal op het Tour-podium, maar slaagde er helaas nooit in om ook maar één dag het gele tricot te dragen. Kleinzoon Mathieu liet daar in Bretagne zijn emotie en tranen de vrije loop bij de gedachte aan zijn in 2019 overleden opa. Wat een mooi menselijk trekje van een groot sportman!
En nu een bekentenis. Het bonheur (geluk, vreugde, blijdschap) van Mathieu daar op de Mûr-de-Bretagne, raakte me meer dan het malheur van het Nederlands elftal in Boedapest.
Bredero zei het 400 jaar geleden al: ‘Het kan verkeren’.

Mat

loader