week 03-2021: Wijze les, van Arie Ribbens (door Roger)
‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op de zaterdag, die afwisselend door enkele mensen – betrokken bij onze parochie – wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op persoonlijke ervaringen en gebeurtenissen in eigen dorp, binnen de kerk of in ‘de grote wereld’. De ene keer ernstig, dan puntig en uitdagend en een volgende keer met een grote knipoog.
“Wij zakken door, maar we zullen niet verdorsten”. De Brabander Arie Ribbens bracht zijn succesnummer uit, in 1981. Ikzelf was toen 10 jaar, en zong met de Vastelaovend deze woorden als kind vrolijk mee, in de polonaise. Zoals bij “Op Volle Toeren” werd gezegd: in de Polonaise, ‘Hollandaise’.
Uitgerekend in het jaar, dat deze plaat haar veertigjarig Jubileum viert, staat de carnavalsviering ‘op de tocht’. Obers hebben een jaar pauze; kasteleins en horecamensen zijn –zichtbaar- van de kook.
Volgens traditie wordt in de maand november, op de elfde –om elf over elf- het carnavalsseizoen officieel afgetrapt. Na de berichten van deze week, zullen in het weekend na 9 februari de carnavals hits alleen via de (t)huiskamerspeakers te horen zijn. Met een polonaise, van maximaal 1 gast.
In dit geval, zou ik allereerst graag via dit sociale medium van de weblog, een Oproep willen doen. Aan alle huiskamers ‘boven de rivieren’: Om solidair met ons, mee te doen.
Arie leert ons namelijk een aantal belangrijke lessen, met zijn nummer. Wel vijf keer wordt de volgende zin herhaald: “Wij lopen de polonaise; heel even weg, met de malaise”. Ik zie een reus van een Arie voor me. Met uitgestrekte sterke arm, en hand, om een beweging in gang te zetten om de malaise eens voor heel even volledig aan de kant te schuiven. En Arie heeft gelijk. Als Nederland en masse even een ander ‘masker’ op zet – dan het mondmasker.
Verderop in het lied, horen we nog een cruciale les. Graag opgelet.
Het 4de couplet eindigt namelijk met de zin: “Kom oma, aansluiten”. En dat is een heel belangrijke regel. Die zin staan namelijk symbool, voor het pure Diversiteitsfeest dat carnaval eigenlijk is. Een willekeurig iemand staat dan letterlijk even stil, om oma in te voegen. In de polonaise kan dat; en hoort dat. De rechterschouder van de voorganger nog vast, en tegelijk iemand erbij voegen. Een schoolvoorbeeld, van Inclusiviteit. Een voorbeeldgedrag van hier, tot Oeteldonk; en zelfs verder, tot ‘boven de rivieren’. Het maakt de ‘Hollandaise’ totaal niet uit, waar je vandaan komt, wie je bent, hoe je heet: in de polonaise, is Iedereen Welkom. Een chinees uit China (of niet uit China), een Indiaan uit Amerika (of uit India, of van waar ook).
Nog even doorzetten, met z’n allen. Aan ons lijf dit jaar, “wel een polonaise”. Het wordt tijd, voor weer een normaal jaar. Waarin iedereen, overal, mag mee doen. Tweeduizend twee-en-twintig. Hopelijk kunnen we dan weer, met een kinderlijke spontaniteit en vrijheid, zingen: “dat wordt, weer lachen. Dat wordt een dolle boel”.
Roger
Wilhelmien
Wat een herkenbaar, sprekend verhaal. Geweldig!