Nao de Hòmmis

Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.

Nao de Hòmmis van zondag 29 maart


Henk zit op de brede Peelkar-bank aan het Raadhuisplein, bij de stille fontein.
Hij kijkt van daaruit naar de overkant. Naar het Oranje-hotel. Waar de zaterdagmiddag ervoor, met man-en-macht heel wat stenen muren zijn weggebroken. Ook die van de binnenkomstruimte, waar hij normaal met zijn companen ‘post houdt’. De kerkklok geeft aan, dat het vijf-voor twaalf is.
Toos heeft hem de hele ochtend eraan herinnerd, dat hij vorige week een afspraak had gemaakt met Jan. Het ging Henk op een gegeven moment zo ‘op de wekker’, dat hij ruim op tijd is aangefietst vanuit het buitengebied. Ook vanwege de opmerkingen van Toos, of hij wel alle klokken op de goede tijd had verzet. “Komt tijd, komt raad” denkt hij net, als de vrijgezel Jan eraan komt zetten. Op zijn “elf-en-dertigste”, met de handen in de tès..
Henk: Ha, daar ben je. Ik dacht, die is de zomertijd vergeten..
Jan: Ho, ho, geen gepreek van jou. Dat wordt normaal gedaan, om elf uur.
Henk: Dat is het eigenlijk ook, maar de wijzers zijn vooruit gezet: ‘voorjaar’ vooruit..
Jan: Ik heb net om 11 uur – nieuwe tijd – op de weblog van de parochie nog eens de woorden van de paus van vrijdagavond gelezen. Bij het Urbi et Orbi. Voor de stad, en ook het dorp, en voor de wereld.
Henk: Dat heb ik even gemist. Is normaal toch, met Kerstmis en met Pasen?
Jan: De Paas-mis, is dit jaar niet. Had ik jou toch vorige week al voorspeld: de kans dat er in mei missen zijn, is evengroot als dat “Pasen en Pinksteren” samen op 1 dag vallen, zei ik je nog!
Henk: Ja, dat bericht heb ik niet gemist. Er zijn geen vieringen tot en met 31 mei. Dat is, Pinksteren.
Jan: En, ook geen OLS… in juli. Dè rakt òw!
Henk: Ja, dat hakt er evenveel in, als dat breekwerk gister bij het Oranjehotel. Alle vastigheid, voor nu, Foetsjie..
Jan: Henk, als je niest, in de mouw!! En zitten we wel op 1 meter 50?
Henk: Dat zegt Toos, als we op thuis op de bank voor de TV zitten nou ook steeds.
Jan wil wat zeggen, maar besluit het niet te doen. Dat is “scoren voor open doel” . Maar alle voetbalwedstrijden zijn afgelast. En hij besluit solidair te zijn. Want, ja: “denk aan elkaar” is nu het motto.
De twee staren even stilletjes, voor zich uit.

===============================================

Jan: Zeg, wat is dat eigenlijk, met al die knuffelberen overal voor de vensters? Dat zag ik eigenlijk net, toen ik hier naartoe kwam gesjokkelen.
Henk: Zo’n beer van een vent als jij, weet dat niet?
Jan: Normaal ben jij degene die altijd “beren op de weg, ziet”. En Toos noemde met 2 weken geleden in het café, toen ze alles omstootte nog: een ‘ongelikte beer’.
Henk: Nou, wie de huid van de beer al bijna goed verkocht had, voordat deze geschoten was, dat was toch wel de OLS organisatie. Dat wat tot nu toe werd getoond, was allemaal ‘strak’.
Jan: Dat is het straks, volgend jaar, ook nog.
Henk: Ja, maar 2020 was wel een mooi rond getal.
Jan: Zetten we de klok, gewoon 1 jaartje vooruit.

===============================================

Henk: Als de organisatie, even creatief is, als de bakkerij naast de kerk, komt het wel goed.
Jan: Wat bedoel je?
Henk: Nou, gistermorgen hadden ze op de stoep een verkoopkraampje gezet. Voor het brood. Mensen die het verstandiger vonden, hoefden zo, de winkel niet in. En, zelfs als je niet uit de auto wilde komen, werd het door het raampje aangegeven.
Jan: Da’s een goeie aanpassing, aan de omstandigheden. Ik snap waar je bedoelt.
Henk: Ja, maar nou komt ie..
Jan: Enne ..
Henk: Weet je, wat ze op het spandoek hadden gezet, wat erbij hing?
Jan: Nee..
Henk:  ‘ Mik  drive .. ! ‘
Beiden moeten, ondanks alle ellende, toch wel even spontaan hartelijk lachen.

===============================================

Henk: Zo, nu ga ik naar Husj, naar het brood, en de zondagse soep..
Jan: Ik blijf nog even mijmeren. Zo zittend op deze Peelkarbank mis ik toch wel Huub Grommen, met wie ik hier vaker een praatje maakte. Wat zou die, van de huidige tijd allemaal hebben gedacht, met zijn sociale instelling? Of innovatief bedacht, om mensen toch met elkaar in contact te gaan brengen?
Henk: In ieder geval hebben we, dankzij hem en zijn zoon Martijn, de weblog van de parochie. Die is in deze tijden hemels veel waard.
Jan: Gelijk heb je. Ik ga nog even hier, op het benkske, denken aan al de gezichtjes van de dorpelingen die ons de voorbije 2 weken allemaal al ontvallen zijn. En ik ga zo nog even hun papieren prentje halen in de kerk, bij de Levensboom liggen die.
Henk: Ja, en je kunt ze ook terugzien op de weblog. Dat doet ook een zoon van Huub, Pieter.
Jan: Fijne zondag, ook aan Toos. En denk eraan, voldoende afstand Henk…
Henk: Ik merk, dat je je sociale kanten begint te ontwikkelen, Jan. Een hele troost!  (knipoogt)
Jan: Ja, misschien ga ik nog wel een Beer voor de kinderen die langskomen in de venster zetten. Eentje die ik in september met Meijel kermis gewonnen heb.
Die zal toch zeker, na de zomer waar we nu aan begonnen zijn, toch wel weer terug zijn dan, hier op dit plein…

loader