Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.
Nao de Hòmmis van zondag 17 november
Ad: Zo, op 24 november gaan we in ‘Méél’ ook weer Sinterklaas inhalen. En mooi dat – net als vorig jaar – de samenkomst met de kinderen, weer in onze Sint Nicolaaskerk is. Wat mij betreft de perfecte plek om dit te doen.
Piet: Maat je moet zoiets ook samen willen: Sint Nicolaascomité; de ondernemers en de ‘kéérk’ natuurlijk.
Jan: En vorig jaar was het een groot succes. De kerk zat stampvol en dat zal dit jaar niet anders zijn als de Sint daar rond 11 uur binnenkomt.
Ad: En daarna is er weer volop vertier in ’t dorp. Sinterklaas bezoekt de winkels, er zijn allerlei activiteiten en om half drie wordt afgesloten met de Pietendisco hier in ’t Oranje Hotel.
Lei: Dan zullen we toch maar niet hier blijven, tot een paar uur later de kleinkinderen binnenkomen. Ik ben bang dat opa dan een beetje wankel op de benen is. Maar nu mogen we er nog best eentje drinken. Doe er ons nog maar eentje, Gea. En neem er zelf ook maar eentje op rekening van deze Sinterklaas.
Gea: Jammer Lei, maar dat laatst mag ik sinds vorig jaar niet meer van Zwarte Piet. “Overdag geen alcohol, meisje!”
Jan: Dat zal Leon hem dan wel ingefluisterd hebben.
===============================================
Lins: De een kiest op de elfde van de elfde, voor het MECC in Maastricht, ik hou het lekker bij onze eigen Méélse opening van de Vastelaovend bij het ‘Kievelmenneke’.
Ger: Net wat je zegt Lins. Ondanks de kou was ’t weer erg gezellig. Met de zesde klas van de basisschool en een aantal senioren onder het publiek was een dwarsdoorsnee van ‘Méél’ aanwezig.
Jo: En we werden ook nog eens allemaal op een glaasje champagne getrakteerd. Dat maakte het ondanks het gure weer extra gezellig rond ’t Menneke.
Mat: En ik heb met Wilhelmien ‘stiekum’ ook getoost op de trouwdag van haar en onze Piet: op de elfde van de elfde 1967 om 11 minuten over elf hier in onze Méélse Kathedraal. Jammer dat onze Piet dit soort bijzondere momenten niet meer mag meemaken. Wel fijn om daar op zo’n toevallig moment samen met Wilhelmien even bij stil te staan.
Lins: Precies Mat. Zo vond ik het fijn om – al rondkijkende – niet alleen de familie van prins Luc onder de aanwezigen te zien, maar ook ouders van prinsen uit voorgaande jaren. Als je het mij vraagt draagt ‘Méél’ de Vastelaovend nog altijd een warm hart toe!
===============================================
Ton: De ene club start haar eeuwfeest met de opluistering van een Dankviering in de kerk, onze Harmonie sluit het daar komende zaterdag mee af. Al was die ‘drieklapper’, donderdag, vrijdag en zaterdag ook wel heel bijzonder.
Wim: Dat mag je wel zeggen Ton, na drie dagen feest. Maar elke dag was weer heel anders, hoorde ik van mijn schoonzoon die bij de organisatie betrokken was. Op donderdag een middagshow, waarbij ze zich richtten op het wat ouder publiek. Op vrijdag creëerden ze een nachtclubsfeer – wat dat ook mag zijn – en gisteravond zou het dak eraf gaan, hoorde ik hem trots tegen ons Truus zeggen. De hele avond eigen muziek van de harmonie met zang van Méélse mensen.
Piet: Ik hoorde ook vertellen dat dit het de achtste maar ook de laatste editie is geweest in de serie: ‘Wor Méél gröts op is.
Ton: Dan moeten we dus eigenlijk zeggen ‘Wor Méél gröts op was. Jammer. Ik heb een paar van die edities meegemaakt en het was meer dan de moeite waard.
Niek: Meer dan de moeite waard, vond ik ook alle activiteiten van Medelo in het kader van de bevrijding van ons dorp: de evacuatietocht, een paar lezingen, een tentoonstelling en een schitterend boek .
Piet: En ik denk dat er ook wel mensen van Medelo betrokken zijn bij dat gebeuren rond de kazematten op de Vossenberg.
Wim: Daar is op dit moment intussen de Open Dag begonnen in het kader van de definitieve bevrijding van ons dorp die vandaag herdacht wordt. Wel allemaal wat veel, als je me het vraagt, op onze leeftijd verlangt een mens ook wel eens naar wat rust.
===============================================
Lei: Verdorie, moeten we maandag al afscheid gaan nemen van Jo van Keub, precies veertien dagen nadat we van zijn An afscheid hebben moeten nemen.
Giel: Dat is me ook wat. Kinderen die binnen 14 dagen pap en mam verliezen en kleinkinderen geen opa en oma meer hebben. Bizar als je het mij vraagt. Al is Jo misschien goed af. Hij had het zwaar zonder zijn An.
Tom: Met Jo zijn heengaan zijn we weer een echt dorpsfiguur armer. Ik zal Jo en zijn brummerke in ’t Méélse straatbeeld gaan missen.
Funs: Voor mij was Jo de man die vanuit de beginjaren mee vorm heeft gegeven aan de Méélse Vastelaovend. Ik heb er de Kieveloëtekrant van 2015 nog eens op nageslagen, waarin een groot verhaal over Jo stond afgedrukt .Jo was de eerste Hofzanger die de Kieveloeët gekend heeft en zijn naam is voor eeuwig verbonden met de grootse sjlager die Méél ooit gehad heeft: ‘Lééve de Kieveloeët’. Als de Kieveloeët er in die jaren op uit trok, was het heel gewoon dat Jo in ’t café op een tafel klom, en deze sjlager begon te zingen. En ’t hele café sjunkelde mee…
Giel: Jo was in 1966 de eerste prins die bij de sleuteloverdracht ook écht een sleutel overhandigd kreeg. Gemaakt door zijn volle neef Jantje van Tjukke.
Funs: Jo was in alles een heel bescheiden mens. Dat komt ook goed naar voren in dat stuk in de Kieveloeëtekrant. Al komt daarin ook wel naar voren dat Jo ook heel gröts was, toen hij bij zijn afscheid van de Kieveloeët tot erelid van de club benoemd werd. Meer dan verdient natuurlijk, als je 22 jaar op de teller hebt staan bij die club!
Giel: Maar gröts waren Jo en An zeker ook op hunne zoon en twee dochters die hun maar liefst zeven kleinkinderen bezorgden.
Lei: En nu moet het hele spul verder zonder oma An en opa Jo.
Tom: Maar wie weet zijn An en Jo nu – na een onderbreking van maar veertien dagen – weer lekker bij elkaar. Wat zou ik dat die twee gunnen!