‘Vanuit de zijbeuk’ is de vaste column op onze weblog die afwisselend door enkele mensen uit onze parochie wordt ingevuld. Ze geven zo hun eigen kijk op gebeurtenissen in ons eigen dorp of ‘de grote wereld’. De ene keer puntig en uitdagend, dan weer met een grote knipoog.
Hoopvol, en hoop lukt
Bijzondere momenten, toch wel, als er een nieuwe paus of bisschop komt. Iets van de komst van Sinterklaas: je weet dat ie komt, maar wanneer precies? En, wat gaat die dan als eerste zeggen? Wat zegt hij, jou?
Als paus ken ik alleen het begin van Benedictus (eigenlijk al een “oude bekende”) en van de verrassendere Franciscus. Op beide momenten was ik al priester. Bij Paus Johannes Paulus II, en een maand ervoor Johannes Paulus I, was ik 1978 zelf zeven jaar. Nog, voor de Communie-leeftijd. Maar er staat me toch wat van bij. (Maar meer toch het bericht van de aanslag op de paus in 1981; en het bezoek aan Nederland en Limburg in 1985 – de middelbare schooltijd.)
Als er een nieuwe bisschop komt voor Limburg, is dat meer aanraakbaar. Toch heb ik zoiets zelf totnutoe maar 2 maal bewust meegemaakt.
In 1993 werd Frans Wiertz bisschop. Van 1985 – ik was 14 – tot 1991, was hij pastoor in Hoensbroek, mijn geboortedorp. In het centrum, waar mijn grootouders op latere leeftijd op een zorgappartement gingen wonen; en elke avond in de dichtbije kerk daar de Rozenkrans en H. Mis bijwoonden – maar opa wel op tijd terug wilde zijn voor het Journaal van 8 uur. Wijzelf verhuisden in 1990 door de sloop van de flats in de buitenwijkse Montfortanenparochie ook naar sociale huurwoningen in dat centrum. Pastoor Wiertz kwam op huisbezoek. Heel gemoedelijk. ‘Het is net een vader’ zei mijn moeder.
Een heel bijzondere gewaarwording, toen op het Achtuurjournaal kwam, dat mgr. Wiertz tot bisschop gekozen was. Opa moest even bijkomen, maar vond het een mooie gelegenheid voor een Jonge Klare. Bij het eerste interview zei oma: ‘Tsjonge, hij is gewoon nog zichzelf’.
In 1997 meldde ik me aan bij de bisschop, voor een gesprek. ‘En, jong, hoe is met de opa en de oma; en met de pap en de mam? En vertel verder, eens…’ Een vraag die alle seminariejaren bij elke ontmoeting als eerste kwam, en ook als priester (“wat zijn ze nou, 72 jaar toch”.. altijd de correcte, ‘bijgewerkte’ leeftijd). En ook: ‘En, jong, vertel zelf eens, verder…’ Na de beginjaren als kapelaan in Horst (‘sorry jong, dat het zo ver is; maar verder red je het daar wel; anders vertel je het maar’) mocht ik priester zijn voor de mensen in de Heeg in Maastricht, waar mgr. Wiertz zelf bouwpastoor was geweest en in Heer waar zijn eigen oom in zijn tijd pastoor was geweest. En 2011 bracht me naar Meijel; waar de bisschop op bezoek kwam aan de Kerkstraat 5 : een half jaar na de benoeming; bij een Vormsel; en vlak na de ombouwing van de pastorie, met ook een huisartspraktijk erbij. ‘En, jong, wat is dit nou voor ’n idee? Vertel eens…’
Op 10 oktober, de dag van de ‘Sterre der Zee’, werd onze nieuwe bisschop bekend. Bisschop Harrie Smeets. Hoewel minder direct dan bij Frans Wiertz, niet helemaal onbekend. Bijvoorbeeld van een Limburgse bedevaart naar Lourdes, precies vlak voor ik in Meijel mocht komen wonen. Pelgrimstochten met een bus, een ander deel ging met het vliegtuig en toen nog trein, waarvan nu mgr. Smeets de voorzitter was.
Tijdens de priesteropleiding bezoek je tijdens het Roepingenweekend, een aangewezen parochie. In het eerste studiejaar werd dat voor mezelf ‘Maastricht-west’. Pastoor Smeets was daar net benoemd; het werd een leerzaam, informeel weekend. Enkele zomers later was hij namens het bisdom gevraagd, begeleidend priester te zijn bij het zomerkamp voor misdienaars uit heel Limburg in het zuidelijkste Mesch. Leuk, voor de kinderen en voor ons als begeleiders. Alles was begrijpelijk, maar je had er ook wat aan. En alles wat je zei, kon zomaar in het preekje dat nooit langer dan een paar minuten duurde, terugkomen.
In 2003 was er de benoeming tot deken van Venray. Nog iets verder, dan het naburig gelegen Horst – waar wel letterlijk ‘raakvlakken’ mee zijn. Ook de families die er wonen; en daarom is er geregeld in de bediening van sacramenten onderling uithelpen en uitwisselen – bijv. vanwege het ziekenhuis in Venray, of bij uitvaarten. Als priesters van de ‘noordelijke dekenaten’ Venlo, Horst/Helden zijn er ook gezamenlijke studiedagen. Bijvoorbeeld de laatste keer in het klooster van Steyl/Tegelen, een aantal uren deskundige uitleg over dementie. Deken Smeets, een beetje onderuitgezakt, met de arm over de leuning – maar aandachtig, alert. Sprekend met welgekozen woorden, maar meer nog met het gezicht. En in de wekelijkse ‘Kletskes’ in het weekbericht, Om even bij stil te staan.
‘In Godsnaam mensen liefhebben’ is het gekozen motto, van bisschop Harrie ( geen “Hen d ricus ofzo – dit is de naam die ik van mijn moeder ontvangen heb”)
Hoopvol, en de hoop is dat het lukt om zichzelf te mogen blijven. Bij de eerste interviews is dit gelukt. En ik herinner me nu een eerder gehoorde, persoonlijke uitspraak: ‘het is niet zo, dat als een Bisschop ‘blaf’ zegt, dan moet ik ‘woef’ zeggen…
Met eerbied, en gehoorzaamheid beloofd bij de wijding aan Mgr. Wiertz, en zijn opvolgers.
kapelaan Roger