Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.
Nao de Hòmmis van zondag 8 januari
Niek: lk moet zeggen het zijn prachtige bussen waarmee Arriva door onze provincie rijdt, maar daarmee houden de complimenten voor mij ook wel zo’n beetje op.
Bert: Zo zo, mijnheer heeft klachten over het openbaar vervoer en in ons eigen dorp neemt hij zelfs de auto om boodschappen te doen.
Niek: Ho, ho vriend. Ik ben zelfs ervaringsdeskundige. Ik had deze week toevallig de auto in de garage terwijl ik in Roermond moest zijn. Was onder Veolia makkelijk: ik stapte hier in de bus en in Roermond eruit. Nu brengt de bus me naar Weert en daar moet ik de trein nemen om Roermond te bereiken.. Wat een toestanden.
Wim: Maar er is wel een alternatief. Je pakt de bus naar Panningen, stapt, daar over en via Roggel gaat het dan naar Roermond. Trouwens ’s morgens en ’s avonds rijden er ook rechtstreeks scholierenbussen tussen Roermond en ons dorp. En zowel Deurne, Venlo als Weert blijven vergelijkbaar als in de oude regeling bereikbaar.
Bert: Vaak zie ik maar twee man en een paardenkop in zo’n bus zitten. Hoe kunnen we goed openbaar vervoer vasthouden als jong en oud de eigen auto neemt in plaats van bus of trein.
Wim: Ik denk dat ik je gelijk moet geven. Negen van de tien rijden met de eigen auto naar de stad. Ook Niek, behalve die doodenkele keer dat die grote bak van hem in reparatie moet.
Niek: Zo, nu denk ik dat ik mijn beurt voor 2017 wel heb gehad. Zullen we volgende keer Wim maar eens ‘knippen en scheren’?
====================================================
Chris: Hebben ze al die stacaravans uit het Startebos naar camping de Nieuwe Hof gesleept en is er geen arbeidsmigrant te vinden die er wil gaan wonen.
Wiel: Jongen, de wegen van die eigenaar Kanters zijn ondoorgrondelijk. Die pokert op meerdere tafels tegelijk. Dat begon al toen hij tig jaren geleden eigenaar werd van ‘Gooden zin Gààt . Gerard Gooden zijn trots veranderde in dure bouwkavels. En ongetwijfeld tovert hij op De Nieuwe Hof ook weer een nieuw konijn uit de hoge hoed.
Jo: Het bijzondere van ‘Gooden zin Gààt’ was dat het midden in ons dorp lag. Samen met camping Frederiks en de Simonshoekse Bossen leek ons dorp in de zomer één groot recreatiepark.
Ger: Dat soort recreatie hoorde bij die jaren. De nieuwe ontwikkelingen in ons dorp met kleinschalige winkels en goede horecavoorzieningen van een prima niveau die passen meer in deze tijd. Zo’n ‘Heere van Meijel’, het Oranje Hotel waar we hier zitten en dadelijk waarschijnlijk ook het ‘oude Gemeentehuis, geven toch uitstraling aan ons dorp. Daar mag ‘Méél toch best grùts op zin’.
======================================================
Bert: In dat nieuwe boek van Medelo over Meijel in de jaren zestig staat ook aardige info over de kerk. Toentertijd moesten de mensen een plaats in de kerk nog jaarlijks pachten. Allen al die pacht bracht in die jaren het lieve sommetje van zo’n 20.000 gulden op.
Lei: Als je er nu eenzelfde bedrag aan zou uitgeven in plaats van incasseren , krijg je die banken nog niet meer bezet. Dat is andere koek.
Bert: En wat denk je wat jaarlijks binnenkwam voor Missen en gestichte Jaardiensten? Het boek meldt een jaarlijks bedrag van zo’n 17.000 gulden. En ik denk dat je in de zestiger jaren met een gulden nog altijd meer kon doen als nu met euro.
Wim: En juist nu de inkomsten van de kerk dramatisch dalen is het gebouw dringend toe aan een hoognodige renovatie. Meijel zal zich wat moeten laten invallen willen we onze kathedraal voor de toekomst behouden.
Lins: Frits Berben ,die voor de Mèèlse parochie in dat overkoepelend kerkbestuur zit, had het daar gisteren in zijn toespraak in de kerk ook al over en ik heb de indruk dat er ook daden gaan volgen.
Lei: Dan zullen ze toch eerst een zak geld op moeten halen, want alleen van subsidies krijgen ze die klus nooit geklaard.
Lins: Natuurlijk zal er eigen geld bij moeten. Maar ik denk dat er met een goed plan in ons dorp best geld op te halen valt. Ik kan me niet voorstellen dat er Méélse mensen zijn die het onberoerd laat als de ziel – die markante kerk van ons – uit het dorp zou verdwijnen.
Wim: Laat ons meer eens even afwachten waar ze mee komen. Maar dat er wat moet gebeuren is onderhand wel duidelijk.
Ger Basten
Sjon verhalen,