‘Nao de Hòmmis’

Tot ver in de jaren ’60 was de Hoogmis op zondagmorgen vaak tot de laatste plaats bezet. Ná de Hoogmis was het in de omliggende cafés niet veel anders. Onder het genot van een glas bier of een borrel werden verhalen verteld, ervaringen uitgewisseld en het dorpsnieuws aan elkaar doorverteld. In ‘Nao de Hòmmis’ gaan we wekelijks opnieuw dat dorpsnieuws aan elkaar doorvertellen. Humoristisch, ernstig, zelf gezien of van horen zeggen.

Nao de Hòmmis van zondag 30 oktober

Chris: Vorige week de griepspuit gehaald bij Elens; het leek wel uitverkoop.
Piet: Ha, ha, dat zullen dan wel restanten zijn van vorig jaar. Als het dan deze winter om een ander virus gaat zit je met de gebakken peren, ofwel met de griep.
Jan: Van die restanten is natuurlijk flauwe kul, maar het komt om de zoveel jaar voor dat er een griep uitbreekt waartegen de griepspuit niet helpt. Ik hou het bij het oude vertrouwde recept. Elke avond een Jägermeister. En om er zeker van te zijn dat ik er niet te laat mee begin, drink ik die gewoon het hele jaar door. En al jaren geen griep meer gehad.
Jo: Kan ik me best voorstellen. Je zit nu ook alweer aan de borrel. Dat virus krijgt bij jou bij binnenkomst gelijk een alcoholvergiftiging. Dat noemen ze ‘bestrijding aan de bron”.
Piet: Aan de bron krijg je water. Bestrijding door de destilleerderij, zul je bedoelen.
Chris: Maar toch even serieus. Zouden de Méélse dokters dat varkentje van die griepspuiten niet beter samen kunnen wassen. Dat Peelpunt in de kerk zou daar prima voor zijn. De preekstoel kan dan prima gebruikt worden voor de mensen die de spuit in de bil willen hebben. En de doorstroming in de kerk is prima. Dat zie ik in het weekend wel met het uitdelen van de Communie.
Jan: Eindelijk eens een goed idee van onze Chris. Als de spuit gezet is krijgt iedereen nog een tas koffie van ons An en zijn er mensen die geestelijke bijstand nodig hebben dan kunnen ze bij kapelaan terecht.
Jo: Ik geloof dat bij sommige hier aan tafel het virus zich al een weg naar de hersens heeft gebaand. Voor zover aanwezig, natuurlijk!

Henk: Zo, nu heeft Méél in de Simonshoekse Bossen ook een fietscrossbaan.
Niek: Die hadden we vroeger toch ook al een in het Startebos.
Wim: Man dat was iets voor de kinderen. Het gaat nu om een professionele route waar mountainbikers zich kunnen uitleven. Lijkt me prima.
Thei: Het gaat in dat bos wel druk worden: paarden, motoren, nu ook nog fietsers en waar moeten ons Bertha en ik dadelijk wandelen in dat bos?
Henk: Die motoren zijn er maar een paar keer per jaar op een enkele illegale na en idem dito is dat met de mènclub en hun paarden.
Niek: Als iedereen een beetje rekening houdt met de ander is er best veel mogelijk, al kan het natuurlijk best dat er dadelijk natuurmensen hun beklag gaan doen. Dan blijkt dat het zeldzame pimpernelblauwtje door al die drukte wordt verjaagd.
Henk: Ik blijf erbij dat als iedereen wat rekening houdt met de ander er veel mogelijk is. Zo is het trouwens in het leven altijd, of niet soms.

Wiel: Hebben ze zich daar in Rome onder die rode kalotjes weer eens iets nieuws bedacht.
Ger: Iets nieuws? Volgens mij is daar – buiten misschien de Paus – niemand met iets nieuws bezig. Die zitten daar na te denken over zaken, waar de gewone gelovige al lang mee klaar is.. Maar vertel op, wat zit je dwars.
Wiel: Jij slaat de spijker op de kop. Ons An en ik waren er eindelijk uit, wat we wilden als er een eind aan ons leven is gekomen. We willen de zoon en dochter niet opzadelen met het onderhoud van een graf, dus hebben we de keuze gemaakt voor cremeren. En afsluitend onze as uitstrooien onder die dikke boom op het nieuwe kerkhof. En nu bedenken die ‘dikköp’ in Rome zich ineens dat zoiets niet meer mag.
Lins: Ja Wiel, ik zal je dit zeggen. De enige inspanning die ze daar doen is om alles in het werk te stellen om achter de feiten aan te blijven hollen. Kijk maar naar hun denken over homoseksualiteit , het ongehuwd samenwonen en het gebruik van voorbehoedsmiddelen. Ik maak me er niet meer druk om. Ze bekijken het zich maar.
Ger: Precies Lins, zo denken Lies en ik er ook over. Er zijn toch wel belangrijker zaken in de wereld, waar die ‘hoch mèn’ van de kerk zich mee bezig konden houden. Wij leven zoals wij denken dat het moet en trekken ons van die hele santenkraam in Rome niets meer aan.
Wiel: Maar dan nog één ding: Ik blijf vertrouwen houden in onze paus, maar die hele zwik er omheen heeft bij mij ook afgedaan.

loader